Q10 (Ubiquinol), wat doet het met de huid?

Q10, ook wel bekend als Ubiquinol of Ubiquinone, is een lichaamseigen co-enzym. Dit betekent dat je lichaam zelf deze stof kan aanmaken. In ons lichaam heeft deze stof invloed op de energieproductie van je cellen en de stofwisseling. Dit is dan ook de reden dat deze stof in bijna alle lichaamscellen voorkomt waar een mitochondria ligt. In de cellen waar meer energie nodig is, is meer van deze stof te vinden. Je lichaam kan deze stof dus zelf aanmaken. Maar hoe ouder je wordt, hoe moeilijker het wordt (1). Veel stress of slechte voeding kan er ook voor zorgen dat je minder Q10 zult aanmaken. Dit kan resulteren in klachten zoals minder vitaliteit, energie en spierkracht. Q10 krijg je ook binnen via je voeding, bijvoorbeeld via vis, vlees, noten en bonen. Echter is het onvoldoende om de gehele voorraad echt bij te vullen. Gemiddeld krijgen we dagelijks z’n 3 tot 6 mg binnen vanuit onze voeding (2), terwijl we al snel 200 tot 500 mg nodig hebben. Daarom kan het extra innemen van deze stof erg handig zijn.

1. Waar is Q10 goed voor?

Q10 is goed voor meerdere dingen. Hieronder bespreken we 4 dingen waar deze stof een positieve invloed op heeft in ons lichaam.

1.1. Energieproductie

We hebben gezien dat deze stof een rol speelt in de energieproductie van lichaamscellen. Hierin zorgt het voor de aanmaak van ATP via het zogenaamde ‘elektronentransportketen’.

1.2. Antioxidant activiteit

Het is een sterke antioxidant. Een antioxidant vangt radicale deeltjes op. Radicale deeltjes zijn agressieve stoffen die willen reageren met je cellen en weefsels. Als zo’n deeltje met een cel reageert, noem je dit oxidatie. Oxidatie kan je lichaamscellen, weefsels of DNA aantasten. Dit kan weer negatieve gevolgen hebben voor je lichaam.

1.3. Ontstekingsremmend effect

Daarnaast werkt het ook ontstekingsremmend. Een ontsteking is een afweerreactie van je lichaam op vreemde stoffen van buitenaf, zoals een bacterie of een virus. Hierdoor komen er ontstekingsbevorderende stoffen in je bloed. Q10 dat in je bloed aanwezig is, gaat de strijd aan met deze ontsteking. (3)

1.4. Positieve invloed op je hart en vaten

Zoals eerder benoemd is bij cellen die het meeste energie nodig hebben, ook meer Q10 aanwezig. Welk orgaan heeft het meeste energie nodig denk je? Juist, je hart. Door Q10 krijgt je hartspier meer energie, waardoor je hart beter de bloeddruk kan reguleren. Ook is je hart beter beschermt tegen radicale deeltjes en ontstekingen.

2. Wat doet Q10 voor je huid?

Nu we weten waar deze stof allemaal goed voor is, kunnen we gaan kijken naar wat het precies doet met je huid.

Je huid is je grootste orgaan en heeft hierdoor dus ook veel energie nodig. Naarmate je ouder wordt, wordt energie overzetten naar je huidcellen steeds moeilijker. Dit is dan ook een van de voornaamste redenen waardoor huidveroudering optreedt. Ook Uv-licht heeft hier een grote invloed op. Zonlicht vermindert namelijk de Q10 concentraties en tast je huidcellen aan. Door deze twee redenen is het erg belangrijk om je huidcellen genoeg energie te geven, waar Q10 dus een grote rol in speelt (1).

3. Is het goed om extra Q10 in te nemen?

Het innemen van extra Q10 kan dus erg handig zijn voor de huid, dit blijkt ook uit een aantal klinische onderzoeken. Zo zagen onderzoekers dat het dagelijks innemen van ubiquinol de elasticiteit en de gladheid van de huid significant verbeterden. Ook tekenen van huidveroudering en rimpels werden minder zichtbaar. (4)

Meerdere onderzoeken bevestigen ook dat deze supplementen de functie van het hart verbeteren van hartpatiënten. (5)

Eén kanttekening over deze onderzoeken: veel van deze onderzoeken zijn nog vrij nieuw en er zijn nog veel meer onderzoeken nodig om een echte conclusie uit deze resultaten te kunnen trekken. Maar tot op heden zijn deze onderzoeken wel veelbelovend.

Er zijn vele verschillende supplementen op de markt. Verschillende onderzoeken zeggen dat een inname van tussen de 30 en 100 mg per dag (6) al voor positieve effecten kan zorgen.

Omdat ubiquinol een dure grondstof is, komen supplementen met hogere doseringen doorgaans niet voor.

Gelukkig zijn er meerdere onderzoeken gedaan naar het innemen van Q10. Klinische data laat zien dat er vrijwel geen serieuze klachten voorkwamen bij een dosering tot 1200 mg per dag (6).

Bij minder dan 1% zagen ze wel dat bij hoge doseringen buikklachten voorkwamen. Ze vermoeden dat dit ligt aan het feit dat Q10 een olie is. Sommige mensen kunnen hier gevoelig op reageren.

4. Wat zijn de nadelen van Q10?

Tot op heden zijn er nog nooit serieuze klachten opgetreden bij het innemen van deze stof. Hierbij is ook onderzoek gedaan naar extreem hoge Q10 doseringen (tot 2400 mg per dag). Ook bij deze extreem hoge doseringen zijn geen serieuze klachten opgetreden.

Enkele keren kwamen buikklachten, zoals misselijkheid en diarree, voor na het innemen van Q10. Dit komt waarschijnlijk doordat deze stof een olie is. Sommige mensen kunnen hiervoor gevoelig zijn. Gelukkig kwamen dit soort klachten nooit voor bij normale doseringen van 20-50 mg.

Echter, over het innemen van Q10 tijdens de zwangerschap of tijdens het geven van borstvoeding is nog geen onderzoek gedaan. Daarom wordt het ook in deze periodes afgeraden om Q10 te gebruiken tot er meer over bekend is (hoewel er geen redenen zijn waardoor het gevaarlijk kan zijn).

5. Ubiquinol of Ubiquinon?

Deze stof is verkrijgbaar in 2 vormen: Ubiquinol en Ubiquinon. In het lichaam komen beide vormen voor. Ubiquinol is de gereduceerde vorm en Ubiquinon de geoxideerde vorm. Ubiquinol is een actiever in het lichaam. Ubiquinon is daarintegen de meest onderzochte vorm is omdat deze vorm een stuk stabieler is.

Of een van de 2 vormen beter is? Dat lijkt wel mee te vallen. Beide vormen worden voortdurend naar behoefte in elkaar omgezet. Ubiquinol lijkt beter op genomen te worden, maar onderzoekers zeggen dat dit niet leidt tot een beter werking dan Ubiquinon (7).

6. Wat is beter, in een supplement of in een crème?

Niet alleen kan je deze stof innemen als voedingssupplement, maar tegenwoordig krijg je ook crèmes die Q10 bevatten. Welke van de 2 kun je het beste gebruiken voor een betere huid?

Beide opties zullen een positief effect hebben op de huid. Als je Q10 in crème vorm gebruikt, zal Q10 meer functioneren als antioxidant die je beschermt tegen huidschade. Bij het oraal innemen van deze stof zorgt het er meer voor dat je huid meer energie krijgt.

7. Q10 supplement aanrader: Vital Skin Caps

Bronnen

1. Prahl, S., Kueper, T., Biernoth, T., Wöhrmann, Y., Münster, A., Fürstenau, M., Schmidt, M., Schulze, C., Wittern, K. P., Wenck, H., Muhr, G. M., & Blatt, T. (2008). Aging skin is functionally anaerobic: Importance of coenzyme Q10 for anti aging skin care. BioFactors, 32(1–4), 245–255. https://doi.org/10.1002/BIOF.5520320129

2. Pravst, I., Zmitek, K., and Zmitek, J. (2010) Coenzyme Q10 contents in foods and fortification strategies. Crit. Rev. Food Sci. Nutr. 50, 269–280.

3. Effects of coenzyme Q10 supplementation on inflammatory markers: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials, Pharmacological Research, Volume 119, 2017, Pages 128-136, ISSN 1043-6618, https://doi.org/10.1016/j.phrs.2017.01.032.

4 Žmitek, K., Pogačnik, T., Mervic, L., Žmitek, J., & Pravst, I. (2017). The effect of dietary intake of coenzyme Q10 on skin parameters and condition: Results of a randomised, placebo-controlled, double-blind study. BioFactors, 43(1), 132–140. https://doi.org/10.1002/BIOF.1316

5 A Domnica Fotino, Angela M Thompson-Paul, Lydia A Bazzano, Effect of coenzyme Q10 supplementation on heart failure: a meta-analysis, The American Journal of Clinical Nutrition, Volume 97, Issue 2, February 2013, Pages 268–275, https://doi.org/10.3945/ajcn.112.040741

6 Arenas‐Jal, M., Suñé‐Negre, J. M., & García‐Montoya, E. (2020). Coenzyme Q10 supplementation: Efficacy, safety, and formulation challenges. Comprehensive Reviews in Food Science and Food Safety, 19(2), 574–594. doi:10.1111/1541-4337.12539 

7 Mantle D, Dybring A. Bioavailability of Coenzyme Q10: An Overview of the Absorption Process and Subsequent Metabolism. Antioxidants. mei 2020;9(5):386